Groot Nieuws
EO

24 mrt: Houd vast en blijf naderen

  1. Nieuwschevron right
  2. 24 mrt: Houd vast en blijf naderen

De meditatie wordt verzorgd door Gijs de Bree, voorganger van de baptistengemeente in Kampen. Thema: Houd vast en blijf naderen! Naar aanleiding van Hebreeën 4:14-16.

Groot Nieuws

Muzieklijst:

1) Dan zingen zij, in God verblijd, psalm 138: 3 en 4

2) Nader mijn God bij U, Joh. de Heer 456

3) ‘k Heb geloofd en daarom zing ik, Joh. de Heer 543

4) Wees bij ons, geen bundel

5) Wie maar de goede God laat zorgen, Gez. 194

6) Al zou de vijgenboom niet bloeien, Evang. Liebundel 56

7) Volle verzeek’ring. Jezus is mijn! Joh. de Heer 197

8) O mijn ziel, houdt goede moed, geen bundel

9) Daar is een helper groot van kracht, Joh. de Heer 584

10)God heb ik lief, want die getrouwe Heer, psalm 116: 1, 10 en 11

11)Ik bouw op U, Opw. 124

12)Ik ga in de kracht van de Heer, Lied 441 Bundel Leger des Heils)

Meditatietekst

Hebreeën 4: 14-16

14 Nu wij een hooggeplaatste hogepriester hebben die de hemel is doorgegaan, Jezus, de Zoon van God, moeten we vasthouden aan het geloof dat we belijden. 15 Want de hogepriester die wij hebben is er een die met onze zwakheden kan meevoelen, juist omdat hij, net als wij, in elk opzicht op de proef is gesteld, met dit verschil dat hij niet vervallen is tot zonde. 16 Laten we dus zonder schroom naderen tot de troon van de Genadige, waar we telkens als we hulp nodig hebben barmhartigheid en genade vinden. (Hebr. 4:14-16. NBV).

De eerste lezers van deze brief hebben te kampen met vervolging, met weerstand tegen het evangelie. De keizer van Rome accepteert geen andere Heer. Als die zou worden aanbeden, moet Hij aanbidding missen. En dus wordt niet Jezus, maar alleen de keizer als heer erkend. Wie een andere heer aanbidt, volgt en gehoorzaamd, kan op vervolging rekenen. Het lijden was voor de gemeente van gelovigen bijzonder zwaar.

Toch was er voor dat lijden een oplossing. Je kon voorkomen dat je slachtoffer zou worden van vervolging. Het zou maar één stap zijn en daarmee was je voor de vervolgers ineens geen prooi, geen vijand meer. Wat je dan moest doen? Je hoefde alleen maar je geloof los te laten!

Wat zal de verleiding groot geweest zijn om gewoon te zeggen: niet Jezus, maar de keizer is mijn heer. Wat zal de verleiding groot geweest zijn om niet langer met broeders en zusters samen te komen, maar dat leven als geloofsgemeenschap gewoon los te laten. En zo het lijden te ontlopen.

Is dat voor ons niet herkenbaar? Er kunnen zoveel redenen zijn in ons leven waardoor het verleidelijk is om het geloof in Jezus Christus los te laten, of om het maar gewoon weg te schuiven nog voordat we het ooit hebben omarmd. Er waren misschien vertegenwoordigers van de kerk die ons verschrikkelijke dingen hebben aangedaan, of onze gebeden om genezing, herstel of verbetering zijn onverhoord gebleven, of we kunnen het lijden van de wereld niet meer verenigen met het geloof in een almachtige, liefdevolle God, of… vul het voor jezelf maar in. Dan is het verleidelijk om het geloof los te laten. Zoals het dat was voor die gelovigen die werden vervolgd.

Sommigen zullen de verleiding sterk hebben gevoeld, anderen hadden er misschien zelfs al aan toegegeven. En dan horen zij in deze paar verzen twee opdrachten:

  1. We moeten vasthouden aan het geloof dat we belijden (vs.14)! En even later:
  2. Laten we zonder schroom naderen tot de troon van de Genadige (vs.16).

Twee korte opdrachten voor een publiek dat juist over het geloof zo in verwarring was, maar ook voor ons vandaag. Wat onze achtergrond ook is.

Die opdrachten komen niet uit de lucht vallen, ze worden gemotiveerd. In de korte tekst die we gelezen hebben, vinden we twee argumenten om die beide opdrachten te vervullen.

In de eerste plaats wijst de schrijver op Jezus als hooggeplaatste hogepriester. Een normale hogepriester had de bijzondere taak om verzoening te bewerken voor het volk. Hij ging dan via de verschillende pleinen voor de tempel naar de eerste ruimte van de tempel, om uiteindelijk te komen tot de binnenste ruimte, het heilige der heiligen. Daar, op de plek waar niemand anders komen mocht, daar op de plaats waar God zijn intrek had genomen, daar bracht hij dan het offer om verzoening te bewerken voor zichzelf en zijn volk.

Maar Jezus is geen normale hogepriester, Jezus is hooggeplaatst, Hij is de Zoon van God. Hij ging niet de verschillende onderdelen van de tempel door om voor Gods aangezicht te verschijnen. Hij ging de hemelen door om voor God te verschijnen. En Hij hoefde geen verzoening te bewerken voor zichzelf, want Hij was zonder zonde. En juist daarom kon Hij volledige verzoening bewerken voor ons.

Dit is de boodschap van het evangelie van Jezus Christus, al eeuwen lang. Door en dankzij Jezus Christus, kun je verzoend worden met God. Jezus heeft de straf gedragen, die wij met onze fouten, onze zonde hebben verdiend. Nergens anders vind je de kans op vergeving, de weg van verzoening. En dus is die opdracht op zijn plaats: We moeten vasthouden aan het geloof dat we belijden! Een andere weg tot God is er eenvoudig niet. Dus houd vast aan Jezus Christus!

Het tweede argument voor de opdrachten die klinken, wordt gevonden in het karakter van deze hogepriester. Hij kan met ons meevoelen. Hoe zwaar het leven ook voor ons is, hoe zeer we met vervolging, met misbruik, met onverhoord gebed te maken hebben, hoe zeer we worstelen met de gevolgen van onze eigen fouten, Hij kan meevoelen. Hij weet waar we doorheen gaan, met welke vorm van lijden we worden geconfronteerd en welke gevolgen dat voor ons heeft. En dus klinkt de opdracht: Laten we naderen tot de troon van de Genadige.

Wat een bemoediging voor al die christenen die onder de druk van de vervolging de neiging hadden hun geloof los te laten, of dat misschien al hadden gedaan. Wat een bemoediging voor ons als we door schade en schande, bitterheid en boosheid, moeite en frustratie zijn afgehaakt. Jezus heeft op aarde geleden en weet, omdat Hij volop mens was, waar wij doorheen gaan. We worden opgeroepen om te naderen tot de troon. Deze troon wordt gekenmerkt door genade, het is de troon van de Genadige. Niet de troon van de Verwijtende, of de troon van de Veroordelende. Wie zich tot die troon keert, ontmoet daar de Genadige. En dan kun je dus zonder schroom tot die troon naderen. Wat er in je leven ook is gebeurd.

Dan zul je merken, dat er hulp is, beschikbaar voor jou, hulp in de vorm van barmhartigheid, dwz. meeleven en troost, maar ook genade, dwz. vergeving, verzoening, herstel in de relatie met God de Vader. Waar kun je dat vinden dan bij de hooggeplaatste hogepriester Jezus, de Zoon van God? Dus houd vast aan Hem en blijf naderen tot Hem!