Groot Nieuws
EO

Zondag 6 maart 2022

  1. Nieuwschevron right
  2. Zondag 6 maart 2022

Een programma met koor- gospel- praise- en worship-muziek. Deze week een meditatie van Peter Kruijt.


06:00-07:00
Better Together – Jack Johnson
Hymn – Janis Ian
April Come She Will – Simon & Garfunkel
God Bless The Children – The Staple Singers
Benediction – Van Morrison
Mag Ik Dan Bij jou – Claudia de Breij
Table For Two – Caedmon’s Call
Believe In You – Amanda Marshall
Better Than I Know Myself – Cliff Richard
I Wish I Knew How It Would Feel To be Free – Nina Simone
Vol Verlangen Ga Ik Naar Huis – Will Tura
I Will Be Your Friend – Amy Grant
Harvest For The World – The Isley Brothers
God Give Me Strength – Trijntje Oosterhuis
Blaze Of Glory – Kenny Rogers & The Oak Ridge Boys
Lord Hold My Hand – Dolly Parton

07:00-08:00
Above All Powers – Jarrod Cooper
Before I Tell Them – Yolanda Adams
Good Man – Burlap To Cashmere
Life – Maire Brennan
Kom Naar Beneden – Psalmen Voor Nu
Jesus In Your Eyes – Julie & Buddy Miller
First Love – Brian Doerksen
Outrageous Grace – Michelle Tumes
Sterk Ons Hart – Gerald Troost
God Is In The Roses – Rosanne Cash
You’ll Get Through This – Greg Long
All I Ever Wanted – Margaret Becker
Sometimes He Comes In The Clouds – Steven Curtis Chapman
You Alone – Kim Hill

08:00-09:00
Niet De Macht Van Wapenen – Opwekking
Psalm 102: Gij Zult Opstaan, Ons Beschermen – Hollandkoor & Samenzang Bovenkerk
Geef Vrede – Sela
Hij Die Rustig En Stil – Joke Buis
Het Dorre Land Zal Juichen – Samenzang Walburgiskerk
Wacht Op De Heer (Naar Psalm 27) – The Psalm Project
Lopen Op Het Water – Elise Mannah & Koorzang
Ambrosiaans Lofgezang (Heer God U Loven Wij) – Marantha 2000 Koor
Als Het Hert Dat Verlangt Naar Water – Zanggroep & Combo
Herstel Mijn Eerste Liefde – Reni & Elisa Krijgsman
Leid Mij Heer, O Machtig Heiland – Deo Cantemus
Heer Wijs Mij Uw Weg – Tenira Sturm
Looft De Here – Bouw Uw Troon
Voorwaarts Christenstrijders – Stafkoor Leger des Heils & Bert Moll

foto: Ditta van Gent

Meditatie van Peter Kruijt.

Opnieuw

Afgelopen najaar stond ik het ziekenhuis op een IC met een potje olie naast het bed van Jogchum om hem de ziekenzalving te bedienen. De ziekenzalving vinden we in de Bijbel terug in het NT. In de brief van Jakobus staat dat een zieke kan vragen om de oudsten (zeg maar; de leiders) van een kerk te laten komen om te bidden en te zalven met olie. Een mooi gebruik waar de aanwezigheid van God in de zalving iets tastbaars wordt. Waar hoop gevonden wordt in het geloof dat het gebed de zieke zal redden. In dit leven en over dit leven heen. Tegenover mij stond Floor, de vrouw van Jogchum. Samen met Jogchum maakte ze deel uit van een van de muziekteams bij ons in de kerk. Zij had haar mooiste jurk aangetrokken "want", had haar moeder gezegd: "het is vandaag de dag van Jezus". We baden, we zalfden, we geloofden…maar Jogchum stierf twee maanden later. Drieëndertig jaar oud, man van een lieve vrouw en net vader van een prachtige dochter.

Tijdens de begrafenis sprak ik over de woorden van Marta die Jezus tegemoet gaat nadat haar geliefde broer Lazarus was overleden en tegen Jezus zegt: "Als U hier was geweest, Heer, zou mijn broer niet gestorven zijn". Woorden die beschrijven hoe we ons na het sterven van Jogchum voelden. De grote onontkoombare vraag die zich na zo'n gebeurtenis aan je opdringt: Waar was U Heer? Toen we baden, toen we zalfden, toen we geloofden? Het is de grote 'waarom' vraag bij het lijden die vele bijbelschrijvers gesteld hebben. Het is de vraag die het Joodse volk bezighield na het trauma van de ballingschap. Het is de vraag van de psalmisten. Het is de vraag van Job. Het is de vraag waar de Bijbel geen klip en klaar antwoord op geeft.

Naast de onbeantwoorde 'waarom' vraag uit het verleden ontstaat ook de vraag hoe we ons vandaag opstellen richting de toekomst. Hoe vinden we na grote teleurstellingen in God opnieuw het vertrouwen? Hoe kunnen we opnieuw in dat vertrouwen leven, bidden en hopen?

Op een heel ander vlak speelt dit ook een rol in het huidige afschalen van de corona-maatregelen. Dat gevoel dat het zomaar weer anders kan zijn. Dat de huidige herwonnen vrijheid met hetzelfde gemak door nieuwe varianten van de baan is in nieuwe lockdowns en nieuw gedoe. Hoe kan je vandaag opnieuw met hoop en vertrouwen leven richting de toekomst?

In Psalm 60 vinden we David op dit punt terug. Hij heeft een stevige militaire nederlaag te verwerken gehad en beschrijft hoe hij zich daarin verlaten van God voelt. "God, U hebt ons verstoten, ons uiteengeslagen, uw toorn over ons uitgestort' zegt David. Maar tijd om in dat gevoel te blijven hangen is er niet want nieuwe legers trekken samen en een nieuwe strijd dient zich aan. David zoekt naar houvast en wil een teken van God: "Geef een teken aan wie ontzag hebben voor U". Ik herken dat verlangen wel. Dat verlangen naar een teken voordat je opnieuw je vertrouwen en geloof in de waagschaal stelt: "Laat maar zien Heer dat het vertrouwen op U de moeite waard is. Laat mij weten Heer of het de moeite waard is om opnieuw met mijn potje olie naar een zieke te gaan. Laat mij weten Heer of de pandemie nu echt op zijn retour is. Laat mij weten Heer dat de trauma's uit het verleden niet meer terugkomen. Geef mij een teken."

Het is ergens logisch om het bij die vraag te houden. Zo van: ik heb God om een teken gevraagd en daarmee ligt de bal nu bij Hem, Hij moet het nu maar zeggen en tot die tijd wacht ik het wel af. Dat voorkomt in ieder geval nieuwe teleurstellingen in God. Toch is dit niet wat David in Psalm 60 doet. De vraag om een teken wordt in de psalm opgevolgd door een herinnering van David. Een herinnering waar David in het heiligdom was en daar de woorden van God heeft gehoord. De woorden van God die we vervolgens in Psalm 60:8-10 lezen zijn woorden waarin God in feite zegt dat de aarde van Hem is. Zowel de stamgebieden van Israël behoren God toe, maar ook de omliggende landen. David blijft niet bij de vraag om een teken, maar keert zich naar dat Woord van God dat spreekt van Zijn almacht. Het is dit Woord van God dat David na de teleurstelling opnieuw op een weg zet van geloof en vertrouwen in de komende strijd.

In de Bijbel heeft het Woord van God een veelheid aan betekenissen. Zowel de schepping, de wetgeving in de Thora en Jezus Christus worden allemaal 'Woord' genoemd. God maakt zich bekend (laat zien wie Hij is) in Zijn Woord. In Zijn schepping, in Zijn Thora, in Zijn Zoon, in de Bijbel. De Bijbel waar al die woorden klinken die verkondigen dat de schepping Gods schepping is

en Hij het werk nooit loslaat dat Zijn hand is begonnen. Durven we op basis van Gods Woord opnieuw te geloven? Opnieuw te bidden? Opnieuw te hopen? Kunnen we net als David in onze herinnering terug naar zo'n moment in het heiligdom waar we Gods stem verstonden en opeens wisten dat Hij ons op het oog had? Dat Hij niet loslaat wat Zijn hand is begonnen? Wat hij begonnen is met de wereld, met ons, met jou?

Martha kwam bij Jezus na de dood van haar broer en zei: "Als U hier was geweest, Heer, zou mijn broer niet gestorven zijn". Maar daar bleef het niet bij, ze zei vervolgens: "Maar zelfs nu weet ik dat God U alles zal geven wat U vraagt". Hier sprak Martha niet over het wonder van Lazarus' opstanding. Martha is dan juist degene die protesteert als Jezus de steen voor het graf weg laat rollen. Nee, Martha spreekt over dat geloof dat tegen de klippen op overblijft na de teleurstelling. Dat geloof dat de 'waarom-vragen' weet te verdragen door de herinneringen aan die heilige momenten waar je opeens weet dat Gods woorden voor jou zijn. Dat de wereld Gods wereld is en Hij niet loslaat wat Hij is begonnen.

Afgelopen week verzorgde Floor de muziek in de dienst. Zonder Jogchum. Vanuit een gevoel dat ze niet anders kon. Komende week sta ik weer met een potje olie bij een zieke die de ziekenzalving heeft aangevraagd. En gaan we opnieuw bidden, zalven en geloven. De vragen zijn niet beantwoord en ergens verlang ik vooraf naar een teken. Maar het is beter om terug te gaan naar het heiligdom. Naar die herinneringen waar God zijn Woord sprak en je wist dat het over jou ging. De momenten waar we beseffen dat de wereld Gods wereld is. In dat vertrouwen mogen we leven. In dat vertrouwen mogen we met Martha zeggen: "Zelfs nu weet ik dat U alles zal geven wat we vragen”.