10 nov: Een verborgen schat
- Nieuws
- 10 nov: Een verborgen schat
Muziek rond het thema van de meditatie “Een verborgen schat”, (Mattheüs 13:44). De meditatie wordt verzorgd door Dr. Michael Mulder, universitair docent aan de Theologische Universiteit te Apeldoorn
Groot Nieuws
Muziekgegevens
01) Ik ben verblijd wanneer men mij, Psalm 122: 1, 2 en 3
02) Heer, ik geef m’ aan U volkomen, Bundel leger des Heils lied 16
03) Laat mijn leven tot eer zijn van Uw naam, Opw. 292
04) Zingt een nieuw lied voor God de Here, LvdK Gez. 320
05) Een rijke schat van wijsheid, LvdK gez. 326: 1, 2, 4 en 5
06) Heer, ai maak mij uwe wegen, psalm 25: 2, 4 en 6
07) Verborgen rijkdom, geen bundel
08) Ga maar gerust, Zangen van zoeken en zien 19
09) Ere zij aan God de Vader, LvdK Gez. 1, 2, 3 en 4
10) Alles wat adem heeft, love de Here, LvdK Gez.21: 1, 3 en 7
11) Ga met God en Hij zal met je zijn, Nieuw LvdK lied 416
Meditatie
Een enkele keer gebeurt het nog wel: dat mensen compleet onverwacht een schat vinden. Onlangs hoorde ik dat in Israël: een kruik vol goud was er gevonden bij de tempelberg.
In de tijd van Jezus kozen mensen er regelmatig voor om bij dreigend gevaar hun bezittingen op een veilige plek te begraven, in de hoop die bijvoorbeeld na oorlogstijd weer terug te vinden. Als zo iemand dan niet terugkwam, bleef de schat verborgen. Zo kan het gebeuren, dat zelfs na eeuwen zo’n schat per toeval ontdekt wordt.
Precies zo iets vertelt Jezus in een Bijbelvers dat ik graag met u lees, uit Mattheüs 13:44. Het Koninkrijk der hemelen is gelijk aan een schat, verborgen in een akker, die een mens ontdekte en verborg, en in zijn blijdschap erover gaat hij heen en verkoopt al wat hij heeft en koopt die akker.
Een gelijkenis is dit. Een kort verhaal om iets duidelijk te maken over God en over het leven met God. Meestal kan je in zo’n gelijkenis direct iets herkennen uit het gewone leven, en tegelijk zit er vaak ook iets heel bijzonders aan zo’n verhaal. En dat is hier ook zo.
Eerst dat herkenbare: iemand vindt een schat. Je moet dan wel in de gaten hebben dat zo iets voor die tijd wat anders betekende dan wat je je daar vandaag bij zou voorstellen. Veel mensen moesten leven als dagloner. Elk dag waren ze opnieuw afhankelijk, of ze werk zouden vinden of niet. Wanneer je dan een schat vindt, krijg je niet iets extra’s, maar wordt je leven totaal veranderd. Niet meer afhankelijk, maar eindelijk jezelf kunnen ontplooien. Een compleet ander bestaan krijg je, als je opeens kapitaal hebt. Geen dagloner meer, maar een vrij mens.
Dat is wat Jezus hier zegt: als je Hem leert kennen krijg je niet een extraatje, waar je wat aardigs mee kan doen, nee, dat geeft je een totaal nieuw leven. Nieuwe glans, nieuwe mogelijkheden, niet meer afhankelijk van anderen. Als je Mij kent, zegt Jezus, heb je een schat die blijft. Een leven in vrijheid, met God.
Maar nu het vreemde van dit verhaal. Weet je, zegt Jezus, deze schat is verborgen. Dat spreekt opeens minder aan. Is dát reclame: een verborgen schat? In een akker, waar niets bijzonders aan te zien is aan de buitenkant.
Reclame of niet, zo ís het. Iedereen ziet wat Jezus doet, maar niet iedereen ziet die schat. Mensen lopen er gewoon aan voorbij. In de tijd van Jezus, en vandaag nog steeds.
Jezus vertelt het zó, dat je het voor je ziet. Iemand is aan het ploegen, aan het werk wellicht. Opeens zakt een koe met zijn poot in een gat. Hij hoort iets rinkelen. Hij kijkt. En ziet wat er in dat gat verborgen is. Hij pakt het in zijn hand… als dát voor mij is, onvoorstelbaar. En hij weet onmiddellijk wat hij moet doen. Hij stopt de schat terug, rent naar huis, verkoopt alles wat hij heeft, en koopt die akker.
Dat zal niemand begrepen hebben. Wie doet dat: alles verkopen wat je hebt, om één akker te kopen? Geen geld meer om een ploeg aan te schaffen, of een koe, of zaad, want je hebt alles verkocht. Voor een kale akker. Het punt is natuurlijk, dat déze man weet wat zijn buren niet weten. In die akker ligt een schat van oneindig veel meer waarde.
Zó, zegt Jezus, is het met het Koninkrijk van God. Als je God als jouw Koning leert kennen, maakt dat je leven totaal rijk. Maar… dat is nu nog verborgen. We zien mensen, die dat ontdekken. Die ervoor gaan. Die er alles voor over hebben. Maar anderen zien er niets van.
Dat gebeurt als Jezus preekt. Er zijn er die zeggen: dit zijn woorden van eeuwig leven. Hier moeten we zijn, ik wil luisteren naar wat U zegt. Maar anderen begrijpen er niets van.
En vandaag? Is het anders? Wat kan je zien van dat Koninkrijk? Het is als een schat, verborgen in een akker. Is dat niet wat mensen tegen je kunnen zeggen: waar maak je je zo druk over: wat zie je nu van dat Koninkrijk? We horen je zingen, we horen woorden, we zien een plek waar mensen samenkomen. Maar is dat nu allemaal zo bijzonder?
Als je het ontdekt hebt, weet je meer: in die woorden gaat het om die schat, die je leven anders maakt. Voor nu en voor altijd.
Hoe krijg je dat? In de gelijkenis gaat het niet over zoeken, of hoe je het kan ontdekken. Het enige dat Jezus zegt: moet je zien, hoe blij die man is. Zo blij, dat Jezus opeens van de verleden tijd naar het heden overstapt: er was een man, die een schat ontdekte en verborg, en in zijn blijdschap daarover gaat hij heen en je ziet hem huppelen, rennen, en alles verlopen uit pure blijdschap.
Dat is de uitdaging, zegt Jezus dus eigenlijk. Dat je dat durft: door die buitenkant heen kijken. Geloven dat het simpelweg waar is wat je hier hoort. Waar het hier over gaat. Die schat is de werkelijkheid, die je niet kan zien, maar die er wel is, en die echt je hele leven anders maakt.
Dat is, wil ik u zeggen, ook voor mij eenvoudig het geloof. Dat je op dit moment genoegen durft te nemen met iets wat je nog niet compleet kan zien, wat nog verborgen is. Een kale akker soms. Enkele woorden om te bidden, woorden uit de Bijbel, een gewoon boek om te zien, gewone mensen die samenzijn en die het erover hebben en erover vertellen. Lang niet altijd van die grootse ervaringen. Maar ik weet: waar het hierover gaat is waar. Hier schittert een schat. In deze woorden is dat te vinden wat je leven vrij maakt. En dat maakt dat ik nu al compleet blij kan zijn, en daar ook voor wil gaan, daar alles voor over wil hebben.
Jezus kijkt je aan en vraagt: blijf je staan bij je gewone ogen, dan zie je niet meer dan een kale akker wellicht. Of geloof je, wat Jezus in dit simpele woord zegt: Ik beloof je een schat. Nu nog verborgen. Maar ga maar op weg. Durf geloven. Alles overgeven. Om straks álles te ontvangen.