Rob de Nijs - Biografie

Rob de Nijs wordt op 26 december in het oorlogsjaar 1942 geboren in de Linneausstraat 72, op twee hoog, in Amsterdam. Rob is zoon van een rijschoolhouder. In zijn jeugd leert Rob accordeon spelen en heeft hij veel last van astmatische bronchitis. In 1958 verruilt Rob de HBS voor de cabaretschool, waar hij ’s avonds les krijgt van onder anderen Henk van Ulsen, Bep Ogterop en Frans Halsema. Overdag werkt Rob bij een pottenbakkerij en een verzekeringsmaatschappij. Om wat extra zakcentjes te verdienen, wordt hij zanger in de band van zijn broer Bert.

In 1961 gaat Rob naar The Lords. Met hen wint hij op 23 juni 1962 de finale van de talentenjacht Tuk op Talent. De hoofdprijs bestaat uit een platencontract voor drie singles. De eerste twee zijn redelijk succesvol, maar met de derde single is het pas echt goed raak. Want met een vertaling van de Amerikaanse hitsingle 'Rhythm Of The Rain' scoort Rob samen met The Lords een gigantische hit. 'Ritme Van De Regen' is de eerste uit een aardige serie hits, waaronder 'Hé Mamma' en 'Trees'. Rob groeit uit tot een tieneridool met een eigen tv-serie bij de Vara. In 1965 breekt hij met The Lords om voortaan als soloartiest verder te gaan. Samen met een andere Amsterdamse tienerster, Johnny Lion, treedt Rob veelvuldig op in de circustent van Tony Boltini. Maar zoals het de meeste tieneridolen vergaat, blijkt ook de roem van Rob vergankelijk. Z’n fans vinden nieuwe idolen en hij raakt in de vergetelheid.

Na experimenten met blues en jazzrock sluit Rob zich in 1969 aan bij het cabaret van Sieto Hoving. Een jaar later speelt hij de rol van profvoetballer Bello Billy Biggelaar in de tv-serie Oebele, gevolgd door die van Bertram Bierenbroodspot in de tv-serie Kunt U Mij De Weg Naar Hamelen Vertellen, Meneer? In 1973 lijkt Rob die weg weer te hebben gevonden. Hij scoort hits met 'Jan Klaassen De Trompetter', 'Dag Zuster Ursula' en 'Malle Babbe', die alle drie voor hem worden geschreven door Boudewijn de Groot en Lennaert Nijgh. In 1974 wordt de dan 32-jarige Rob door de lezers van Muziek Express gekozen tot meest belovende nationale zanger. Zij krijgen gelijk.

In 1980 komt Rob in contact met Gerard Stellaard, een ontmoeting die leidt tot een belangrijke wending in zijn carrière. Rob wordt vertolker van het serieuze luisterlied. Met Stellaard als producer neemt hij zo de lp Met Je Ogen Dicht op, waarvan meer dan 100.000 exemplaren worden verkocht. Na dit succes volgen succesvolle albums als De Regen Voorbij (1981), Roman (1983), Pur Sang (1985), Vrije Val (1986) en De Reiziger (1989). Veel liedteksten op deze albums zijn van de hand van Belinda Meuldijk, met wie hij in 1984 in het huwelijk treedt en twee zoons krijgt.

Nadat de single 'Alles Wat Ademt' in 1985 op een tweede plaats is blijven steken, scoort Rob in 1996 eindelijk zijn allereerste nummer 1-hit. Ruim dertig jaar na zijn debuut bereikt hij met het liedje 'Banger Hart' de eerste plaats van de nationale hitlijsten. Vier jaar later wordt Rob door koningin Beatrix geridderd vanwege zijn grote verdiensten voor de Nederlandse muziek. Een trotse ridder Rob werkt met Belinda Meuldijk aan wat zijn magnum opus moet worden: een plaat over kinderen genaamd Engelen Uitgezonderd. De daarbij behorende single 'Abeer' wordt geschreven in opdracht van UNICEF ter begeleiding van een documentaire over kindsoldaten in Soedan.

In 2001 wordt Rob onderscheiden met de Radio 2 Zendtijd Prijs, tere gelegenheid waarvan tientallen artiesten hem een muzikale aubade brengen. Eind 2005 kondigen Belinda en Rob hun scheiding aan. Belinda blijft wel liedteksten voor hem schrijven. In 2008 viert Rob zijn 45-jarige jubileum en het feit dat hij 65 jaar is geworden. Dat doet hij samen met het Metropole Orkest tijdens een jubileumconcert in een uitverkocht Carré Amsterdam. Een paar maanden later treedt Rob in het huwelijk met zijn vriendin Henriëtte Koetschruiter. In 2009 zingt Rob met een aantal bekende Nederlandse artiesten klassieke stukken uit de Mattheuspassion van Johan Sebastian Bach. Datzelfde jaar is hij speciale gast tijdens de concerten die de Toppers in de Amsterdam ArenA geven.

Eind 2010 brengt Rob een voor zijn doen gewaagd album uit, genaamd Eindelijk Vrij. Op deze grotendeels in New Orleans opgenomen cd waagt hij zich namelijk aan bluesy popliedjes die speciaal voor hem zijn geschreven door onder anderen Daniël Lohues, Joost Nuissl, Jack Poels (Rowwen Hèze) en Huub van der Lubbe en Nico Arzbach (De Dijk). Ook in 2011 trekt Rob samen met zijn band Pur Sang langs de Nederlandse en Vlaamse theaters. Tijdens zijn nieuwe theatertour zingt hij een flink aantal liedjes van zijn laatste album, aangevuld met – hoe kan het ook anders – zijn grootste hits uit de afgelopen vijftig jaar. Op 25 mei 2011 viert Rob zijn gouden artiestenjubileum met een bijzonder concert in Carré Amsterdam.